De broedpoging is mislukt. Ondanks dat het nestje voor minder rovers bereikbaar was bleek de bosmuis ook een bedreiging voor de eitjes. Het nestje tegen de bosmuis beschermen in een dichte heg is lastig bosmuizen zijn goede klimmers. O.a. Roodborst en heggenmus broeden veel in dit soort begroeiing. Het nestje van de heggenmus dat we live hebben laten zien was hier nog geen meter vandaan. Het werd door de vlaamsegaai leeg gehaald.
Aantal eieren: 5
Ei kapot, wie is de dader?
Gisterenavond werd om 22:11 uur een muis gespot in het nest. Het bleek een Bosmuis. Vanmorgen vroeg kwam V terug en ontdekte het kapotte eitje. Ze heeft de resten opgeruimd en nog niet op te geven. Het lijkt er op dat de schade beperkt is gebleven bij één eitje. Waarschijnlijk is maandag het eerste eitje gelegd, dat betekend dat vandaag het 5de eitje wordt gelegd. Het zou kunnen dat het bij 5 eitjes blijft dan gaat het vrouwtje broeden. Zo niet zijn de eitjes vanavond weer alleen. De kans bestaat dat er dan meer eitjes verloren gaan.
Haastige spoed
De roodborsten doen rustig aan. Er wordt nog dagelijks een poosje aan het nest gewerkt. Met name de nestkom wordt nog verder gevoerd. Nu gaat het er om spannen. De verwachting is dat het vrouwtje vroeg in de ochtend op het nest komt om een eitje te leggen. Ze doet dat elke dag tot het legsel compleet is. Daarna begint het broeden. Dat wordt dus opletten wanneer de eileg begint. Spannend!!
Nestbouw
Ook vandaag is het roodborstje weer aan het bouwen. Op dit moment wordt de voering in het nestje gemaakt. Het is dus bijna gereed. Morgenochtend, vroeg, het eerste eitje?
Voorkomen Algemene standvogel, De Bosuil komt vooral voor in loofbossen en gemengde bossen met een goede ondergroei en met open gedeelten. Maar hij komt ook voor in open parkachtige landschappen, kerkhoven, parken (Amsterdamse Bos) en zelfs in oude boomsingels. Een voorwaarde is dat er voldoende broedmogelijkheden aanwezig zijn. Bij het ontbreken van holle bomen wordt gebroed in oude nesten, nestkasten en in gebouwen. De gemiddelde grootte van het territorium is 20-30 ha.
Voedsel Insecten, spinnetjes en andere kleine diertjes, aangevuld met bessen en zaden. In de winter ook een vaak geziene gast op voedertafels. Roodborsten zoeken vaak op een bijzondere manier naar voedsel, anders dan veel tuinvogels. Ze zitten dan stil, laag boven de grond en duiken dan naar hun prooi. Andere roodborsten zijn daarbij niet gewenst. Roodborsten hechten aan een eigen territorium, ook in de winter. Zelfs man en vrouw roodborst zitten elkaar in de weg en zijn alleen in het broedseizoen bij elkaar. Hun oranje borst gebruiken ze om elkaar te imponeren. De jongen moeten geen agressie oproepen, vandaar dat die pas later in het jaar van gespikkeld bruin naar het echte oranje-rood van de roodborst kleuren.
Geluid Tikkende roep, daarnaast minder bekende roepen. Zang waterig en vlug, loopt hele toonladder op en af. Kenmerkend zijn verder de pauzes van 3 à 4 seconden tussen de klaterende strofes.
Lengte 12,5-14 cm
Herkenning Kleine bruine vogel met kenmerkende oranjerode borst en gezicht en een lichte onderbuik. Leeft buiten de broedperiode solitair. Jonge vogels zijn lichtbruin gevlekt. Man en vrouw zien er hetzelfde uit.
Gedrag
Roodborsten zijn vaak erg nieuwsgierig en goed van vertrouwen. Tegen soortgenoten zijn zowel het mannetje als het vrouwtje daarentegen heel agressief en ze verdedigen 's zomers en 's winters fel hun territorium. Ze tonen daarbij de rode borstveren. Meestal maken roodborsten hun nesten goed verborgen op de grond. De jongen hebben overigens nog geen rode borst. In de winter trekt een deel van de roodborsten naar warmere streken in Europa waar meer eten te vinden is. Ook vogels uit noordelijke/noordoostelijke streken trekken naar het zuiden en komen zo in Nederland terecht. U kunt roodborsten in de winter helpen met gedroogde meelwormen, ongekookte havermout of een zadenmix.
Broeden
Broedt van april tot in juli. Heeft in die periode twee legsels, met ieder 5-7 eieren. De eieren zijn blauw-wittig van kleur met kleine rode vlekjes. Broedduur: 12-15 dagen. Halfholenbroeder, maar bouwt ook open nesten; broedt op of laag boven de grond in een boom, muur of in dichte klimplanten. Het is een slordig nest van grassen en bladeren. De jongen zitten 13-15 dagen op het nest. Als ze zijn uitgevlogen, worden ze nog 2-3 weken verzorgd.
Vogeltrek
Een deel van de Nederlandse broedvogelpopulatie trekt tussen augustus en november richting Spanje en Portugal, zij keren in het vroege voorjaar weer terug. Het deel dat in Nederland blijft, krijgt gezelschap van soortgenoten uit Duitsland, Polen en de Scandinavische landen. Voorjaarstrek tot eind april. Nachttrekker.
Deze half open nestkast hangt sinds februari 2019 in een conifeer op een hoogte van 2 meter boven de grond. De invliegopening is gericht op het oosten in de schaduw en beschutting van de breed uitgegroeide bomenrij.
De nestkast is, bij wijze van proef, voorzien van een nestbeschermer, hierdoor kunnen poezen, kauwen, eksters en bijvoorbeeld de vlaamsegaai het nest niet leegroven.
Soorten
Deze nestkast heeft een open voorzijde. Daarmee is deze nestkast onder andere geschikt voor heggenmus en roodborst.