We hebben een nieuwe locatie waar afgelopen seizoen ransuilen hebben gebroed. We hopen dit seizoen deze locatie LIVE te gaan volgen.
Het is een plek waar geen internet en elektriciteit aanwezig is. Daardoor moet deze camera en de 4G verbinding middels zonne-energie van stroom worden voorzien.
De ransuil staat op de Rode Lijst van Nederlandse broedvogels als 'kwetsbaar'. Bescherming van deze soort hangt nauw samen met de wijze van landbouw. De ransuil is sterk afhankelijk van veldmuizen. Op veel plekken komen die veel minder voor, ondanks grootschalige uitbraken op graslanden. Verder is het van belang geschikt leefgebied in stand te houden, zoals open groene vlaktes, hagen en houtwallen. Voor nestgelegenheid zijn ransuilen sterk afhankelijk van eksters en kraaien.
Voorkomen
De ransuil komt wijdverspreid over Europa voor. Noordelijk reikt hun verspreiding tot de zuidelijke taiga. De soort ontbreekt in het hoge noorden en op IJsland. Voor heel Europa wordt de populatie ransuilen op 200.000 broedparen geschat. De soort bewoont een groot scala aan leefgebieden, variërend van agrarische gebieden tot open bos, bosranden, parken, duinen, heiden, hoogvenen en moerasgebieden. In groot, aaneengesloten bos ontbreekt hij veelal. De ransuil jaagt bij voorkeur in het open veld, langs wegbermen en op plekken met kaalslag in bos. De ransuil broedt en roest bij voorkeur in naaldbomen, die hem de beste dekking bieden. Daarnaast in houtwallen, boomgroepen, hagen en zelfs solitaire bomen.
Vogeltrek
Ransuilen zijn veelal verscheidene jaren plaatstrouw aan een nestomgeving, maar niet per se aan hetzelfde nest. Bijvoorbeeld omdat een vorig gebruikt kraaiennest in verval is geraakt. Jonge ransuilen zwermen bij zelfstandigheid uit en kunnen honderden kilometers ver wegtrekken. Vanaf het najaar verzamelen ransuilen zich in groepen en bezetten vaste roestplaatsen. Ransuilen vanuit Noordoost-Europa trekken ’s winters zuidwaarts.
Voedsel
Hoofdzakelijk woelmuizen, met de veldmuis als belangrijkste prooi. Daarnaast echte muizen (bijv. aardmuis, bosmuis) en kleine vogels als mussen, merels, spreeuwen en vinkachtigen.
Geluid
Man een laag sonoor "hoe", vrouw vibrerend "weeeh" bij het nest te horen. Bedelroep jongen hoog "kie-jèè".
Lengte
31 tot 37 cm
Herkenning
De bovenzijde van het verenkleed is geelbruin en gemarmerd, als ‘boomschors’. De onderzijde is licht roestgeel met donkere lengtestrepen. Bij gevaar of verstoring drukt de uil de veren tegen het lichaam en steken de oorpluimen omhoog. De lichaamsvorm is dan lang en dun. Dan valt ook de contrastrijke, ronde gezichtssluier op. In rust hangen de veren losjes langs het lichaam. De poten zijn bevederd.De bovenzijde van het verenkleed is geelbruin en gemarmerd, als ‘boomschors’. De onderzijde is licht roestgeel met donkere lengtestrepen. Bij gevaar of verstoring drukt de uil de veren tegen het lichaam en steken de oorpluimen omhoog. De lichaamsvorm is dan lang en dun. Dan valt ook de contrastrijke, ronde gezichtssluier op. In rust hangen de veren losjes langs het lichaam. De poten zijn bevederd.
Gedrag:
De ransuil overwintert in groepen van enkele tientallen exemplaren in boomgroepen op bijvoorbeeld begraafplaatsen of in parken, deze overwinterplaatsen worden vaak jaren achter elkaar gebruikt. De meeste ransuilen verblijven het hele jaar in hetzelfde gebied, maar vogels uit Noord-Europa trekken over een korte afstand naar het zuiden.
Voortplanting:
Broeden
Legperiode tussen eind maart en half april. Legsel gemiddeld 4-6 eieren. In voedselrijke jaren met veel veldmuizen tot 8 eieren. In voedselarme jaren vaak geen broedsel. Eén legsel per jaar, tweede broedsel zeldzaam. Eieren bebroed vanaf het eerste ei. Maakt veelal gebruik van oude kraaien- of eksternesten. Incidenteel broedend op de grond. Jongen verlaten na minimaal 3 weken het nest en klimmen in naburige boomkruinen. Na 5 weken zijn ze vliegvlug. Kenmerkend is de piepende bedelroep van de jongen.
De camera wordt geplaatst in een bosperceel in de buurt van Wassenaar.
Biotoop
Halfopen landschap met grasland en bos.
Zonnepaneel
De camera bevindt zich midden in een bosperceel en wordt van elektriciteit voorzien dmv een zonnepaneel en accu t.b.v. nachtbedrijf.
Het kan voorkomen dat de camera tijdelijk niet werkt door het gebrek aan zonuren.
Verbinding
Voor de camera is er een 4G internet verbinding nodig.
Soorten
De nestmand is opgehangen t.b.v de ransuilen, maar er kunnen ook andere soorten gebruik maken van de mand. Denk bijv aan de wilde eend, houtduif, torenvalk, nijlgans.